Hoogoplopende ruzie over een erfenis

Leestijd verdieping: 3 minuten
Beschrijving van begin rechtszaak Magdalena Thihs
Memoriaal Magdalena Thijs
Vorige Pagina
Door Dorine Smit-Maarschalkerweerd
Onderzoeksassistent


Ruzie binnen families over geld is van alle tijden. Dit ontdekt ook Magdalena Thijs in 1616 als haar man overlijdt en er ruzie ontstaat over de boedelscheiding. Magdalena Thijs raakt verwikkeld in een proces met haar stiefzonen over de verdeling en daarom houdt ze minutieus een kasboek bij. Dat kasboek is een prachtige bron om uit te zoeken hoe grote erfenissen konden leiden tot grote ruzies binnen families.

Magdalena is geboren in Antwerpen op 6 augustus 1569 in een koopmansfamilie die goede zaken doet in de juwelenhandel. Zij verhuist naar Duitsland en trouwt in 1590 met Andries de Bacher, hofarts van onder anderen de hertog van Brunswijk. Hij is al eerder getrouwd geweest en heeft vier kinderen.

De verhouding van Magdalena met haar vier stiefkinderen lijkt een liefdevolle relatie te zijn.

Magdalena heeft tijdens haar huwelijk met Andries geen geluk met het krijgen van kinderen. Vijfmaal wordt zij zwanger, maar alleen haar dochter Elisabeth, die ze zelf Liesbet noemt, blijft in leven. De verhouding van Magdalena met haar vier stiefkinderen uit het eerste huwelijk van Andries lijkt een liefdevolle relatie te zijn. In 1607 stopt Andries met werken en vertrekt het gezin naar de Nederlanden. Op dinsdag 29 november 1616 overlijdt Andries de Bacher op zeventigjarige leeftijd.

Philip en Samuel keren zich tegen Magdalena

Magdalena schrijft in haar kasboek dat zij zich 26 jaar lang als een moeder over de vijf kinderen heeft ontfermd en hen liefdevol heeft opgevoed. Groot is dan ook haar verontwaardiging toen, zeven maanden na het overlijden van Andries, haar twee stiefzonen zich tegen haar keren. Magdalena wordt geconfronteerd met een gerechtelijk proces over de boedelscheiding. Om haar gelijk te halen begint zij in 1616 een kasboek waarin ze al haar geldzaken beschrijft.

Met dit boek van ruim tweehonderd pagina’s, zes jaar lang bijgehouden tot aan haar dood in 1622, heeft Magdalena een rijke bron van informatie nagelaten. Ze beschrijft haar familiegeschiedenis, haar uitgaven en de effecten van de boedelscheiding op haar financiële situatie. Deze aantekeningen tonen ons niet alleen iets over Magdalena, maar ook over haar persoonlijke contacten die vaak warm maar soms ook ijskoud waren.

Lange juridische strijd

Magdalena stopt veel tijd en geld in het gerechtelijke proces over de boedelscheiding van haar man Andries. Haar stiefzonen Philip en Samuel zijn het niet eens met de verdeling. Hun weigering in 1616 om de boedelscheiding te laten plaatsvinden, is het begin van een lange strijd. Magdalena houdt de kosten van deze procesvoering nauwkeurig bij in haar kasboek.

Magdalena en Andries weten het geld, dat zij bij het begin van hun huwelijk inleggen, met 178 procent te vermeerderen.

Dat de twee stiefzonen een groter aandeel van de boedel willen hebben, is niet gek als je kijkt naar de hoogte van de bedragen in het kasboek. Magdalena en Andries weten het geld, dat zij bij het begin van hun huwelijk inleggen, met 178 procent te vermeerderen. De totale boedel bij het overlijden van Andries wordt berekend op een bedrag van 88.579 gulden aan roerende en onroerende goederen. De inleg van Magdalena bij hun huwelijk in 1590 is 13.200 gulden waard.

Obligaties verduisterd uit het sterfhuis

Volgens Magdalena nemen Philip en Samuel alle obligaties en rekeningen uit het sterfhuis mee, waardoor zij geen bewijs meer heeft van de samenstelling van de boedel. De stiefzonen menen recht te hebben om te delen in het aangewonnen bezit uit het tweede huwelijk van hun vader. De winsten van 26.000 gulden tijdens het huwelijk van Andries en Magdalena zouden namelijk onder andere met geld van hun moeder Cathelijne du Bois behaald zijn. Na haar overlijden vindt, volgens Philip en Samuel, geen verdeling van de boedel plaats.

De broers maken aanspraak op de kostbaarheden die Magdalena van Andries kreeg.

Daarnaast maken zij aanspraak op een deel van de kostbaarheden die Magdalena van Andries heeft gekregen. Magdalena zou de waarde van deze goederen in de boedel moeten inbrengen voordat deze kostbaarheden verdeeld zouden worden. Het Hof van Holland stelt de broers in 1624 in het gelijk op dit punt. Magdalena aan de andere kant beschuldigt de broers van het verduisteren van notities en rekeningen, waaruit zou blijken dat zij al meer hebben ontvangen dan waar zij recht op hebben.

Door het verduisteren van de obligaties en andere waardepapieren loopt Magdalena de inkomsten hieruit mis. Zij ontvangt wel op verschillende momenten geld uit het sterfhuis met een totale waarde van ruim 5.600 gulden. In september 1617 wordt in Den Haag een eerste akkoord gesloten over de verdeling van de boedel. Magdalena noteert in haar kasboek dat vanaf 15 december 1617 de eerste uitbetalingen van de boedelscheiding plaatsvinden.

De laatste jaren van haar leven wordt overschaduwd door de hoogoplopende ruzie over de boedelverdeling.

De laatste jaren van haar leven worden overschaduwd door de hoogoplopende ruzie over de boedelverdeling. Het einde van het proces maakt zij niet meer mee. In augustus 1622 overlijdt Magdalena Thijs op 53-jarige leeftijd. Pas achttien jaar later, in 1634, neemt de Hoge Raad van Holland en Zeeland een definitief besluit over de verdeling van de boedel.