‘Het is een speurtocht, het is zelfs schatgraven’

Leestijd verdieping: 3 minuten
Door Syrinx Fakkeldij
Webredacteur


‘Het Kasboekje-project is geboren uit nieuwsgierigheid’, vertelt Oscar Gelderblom, hoogleraar Financiële Geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. ‘Nieuwsgierigheid naar bronnen die mensen op zolder hebben liggen én nieuwsgierigheid naar de geldzaken van Nederlanders vóórdat ze afhankelijk werden van de financiële sector.’

In de werkkamer op de universiteit vertelt Gelderblom over het ontstaan van het onderzoeksproject, over de bijzondere archiefstukken die ze opgestuurd hebben gekregen en over de samenwerking met de NTR. Hij pakt een net gebrachte archiefdoos met oude stukken. ‘Dit is prachtig, hier worden we heel blij van’, zegt Gelderblom terwijl hij enkele kasboekjes uit de doos pakt. ‘Dit is zestig jaar aan kasboekjes, opgeschreven door één man. Het eerste kasboekje is van 1944, en de serie loopt door tot 2001. Hij heeft precies bijgehouden wat hij uitgeeft, binnenkrijgt en spaart.’

Terwijl hij de kasboeken terug in de doos doet, zegt hij: ‘Voor ons onderzoek is het mooist als mensen kasboekjes over een lange periode hebben bijgehouden. Daardoor zien wij hoe veranderingen in de financiële sector doorwerken in het dagelijks leven van mensen. Dat maakt onderzoek doen naar kasboekjes heel erg mooi.’

‘Wij willen de financiële geschiedenis van ónderop bestuderen’

Uit een groot VICI-project is Kasboekje van Nederland ontstaan, een samenwerking tussen de Universiteit Utrecht en de publieke omroep NTR. Samen doen ze onderzoek naar de financiële geschiedenis van Nederland, beide op hun eigen manier. ‘De televisieserie gaat over de financiële huishouding van Nederlanders in de tweede helft van de twintigste eeuw en hoe die veranderde’, vertelt Gelderblom. ‘Vanuit thema’s zoals financiële opvoeding, de man-vrouwverhouding en sparen voor later, volgt de serie enkele mensen die wij op het spoor zijn gekomen door de ingestuurde kasboekjes.’

Over de rol van de universiteit zegt Gelderblom: ‘Met onze onderzoeksgroep zijn we op zoek naar kasboekjes. Dat betekent in de eerste instantie dat wij aan Nederlanders willen vragen of ze op zolder, in de schuur of waar dan ook willen kijken of ze nog financiële documenten hebben om het met ons te delen. Met die bronnen kunnen we de financiële geschiedenis van Nederland van ónderop bestuderen, dat wil zeggen: de geldzaken van Nederlandse huishoudens en van het midden- en kleinbedrijf.’

Kasboekjes als bron voor onderzoek

De onderzoeksgroep wil kasboekjes onderzoeken om erachter te komen hoe mensen hun geldzaken regelden zonder tussenkomst van grote financiële instellingen. ‘Vóór de opkomst van de moderne financiële sector in de twintigste eeuw, regelden mensen financiële zaken als betalen, sparen, lenen en verzekeren gewoon zelf, of met hulp van familie, winkeliers, of werkgevers’, zegt Gelderblom. ‘Kennelijk hadden ze daarvoor geen banken of verzekeraars nodig. Maar hoe werkte dat dan precies? Met de kasboekjes die mensen bijhielden kunnen we daar hopelijk achter komen.’

Hoogleraar Gelderblom bekijkt ingezonden kasboekjes.

Bezig zijn met de eigen geschiedenis

‘Het is ook een speurtocht, het is zelfs schatgraven’, zegt Gelderblom, terwijl hij ondertussen andere ingestuurde kasboekjes laat zien. ‘Het is zoeken naar documenten die mensen thuis hebben liggen die voor henzelf waardevol zijn, maar waarvan ze nog niet door hebben dat hun financiële documenten ook een verhaal vertellen over héél Nederland. Wat wij ook hopen is dat mensen die de kasboekjes van hun ouders of grootouders in handen hebben beseffen: wat ik nu vasthoud, is míjn geschiedenis en die geschiedenis is onderdeel van een groter verhaal.’ Hij recht zijn rug terwijl zijn ogen beginnen te twinkelen. ‘Bezig zijn met je eigen geschiedenis is leuk, het is plezierig en het creëert een historisch bewustzijn.’

‘Het is míjn geschiedenis en die geschiedenis is onderdeel van een groter verhaal’

Wetenschappelijke inzichten uit kasboekjes

‘We zijn nu vooral alle kasboekjes en andere financiële documenten aan het verzamelen en archiveren,’ zegt Gelderblom. ‘Het echte onderzoek met kasboekjes en het formuleren van onderzoeksvragen zullen we vanaf de zomer van 2018 doen. Waar we bijvoorbeeld geïnteresseerd in zijn: hoe belangrijk zijn familie, vrienden, winkeliers en werkgevers voor mensen? Dat zijn sociale relaties die – al dan niet – financieel ingevuld worden. En een andere vraag die we beantwoord zouden willen hebben is: zijn wij als Nederlanders nou beter leren omgaan met geld of niet? En ook: wat gebeurt er in tijden van crisis met de financiële huishouding van gezinnen? Met kasboekjes uit de jaren dertig, uit de Tweede Wereldoorlog en uit de jaren zeventig kunnen we onderzoeken hoe mensen met financiële tegenslag omgaan.’

‘Wetenschappelijk onderzoek kan mislukken’

‘Maar verder weten we ook niet wat we gaan vinden.’ Hij pauzeert even, alsof hij in gedachten is verzonken en vervolgt: ‘We weten niet of het materiaal goed genoeg is en hoe diep we door kunnen dringen in de geldzaken van mensen. Dat is wetenschap. Het Kasboekje van Nederland komt voort uit de VICI-beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). De NWO financiert onderzoek dat risicovol is en waarvan de uitkomsten onzeker zijn. Wetenschappelijk onderzoek kan mislukken. Als we de antwoorden zouden weten op al onze vragen, zouden we het onderzoek niet doen.’