Vleugels op de pof
Waarom verkoopt een Haagse pianohandelaar vleugels op de pof? Is het alleen barmhartigheid en naastenliefde, of spelen financiële motieven ook een rol?
Ik onderzoek waarom en aan wie ondernemers geld uitlenen. Het Kasboekje-project is daarom voor mij als onderzoeker geschikt om inzicht te krijgen in de beslissingen van ondernemers. Een gigantisch rekening-courantboek van een pianowinkel uit Den Haag, daterende van 1894 tot 1899, geeft mij informatie over op de pof verkopen.
Kasboek van een Haagse pianohandelaar
Het kasboek is enorm: het heeft de afmetingen van een grote computerkast. Als ik het opensla, blijkt dat het boek heel systematisch is bijgehouden: per klant noteert de pianohandelaar op welke data hij werkzaamheden heeft verricht. Vaak gaat het om het stemmen van piano’s of om de aankoop van bladmuziek. Ook noteert hij wanneer de uitstaande rekening is betaald. Vaak wordt de rekening contant betaald (in het kasboek staat dat genoteerd onder ‘per kassa’), maar het komt regelmatig voor dat hij een piano op krediet verkoopt en pas later het verschuldigde geld krijgt.
Verkoop aan vaste en losse klanten
Omdat de pianohandelaar in het kasboek alle uitstaande rekeningen en betalingen per klant registreert, is duidelijk wie zijn vaste klanten zijn. Ze kopen bijvoorbeeld meerdere keren bladmuziek of sluiten een stemabonnement bij hem af. Maar de pianohandelaar heeft ook losse klanten die slechts een of twee keer iets kopen. Aan de lengte van het dossier is te zien om welke type klant het gaat.
Bij grote aankopen, zoals piano’s, ruilen klanten vaak een oude piano in. De bedragen die overeen zijn gekomen door de pianohandelaar en de klant, worden ook expliciet vermeld en verrekend. Opvallend is dat de klant niet meteen de rekening betaalt. Omdat het om een flink bedrag gaat, lijkt het erop dat de klant pas bij aflevering aan huis betaalt, óf dat de klant zo goed bekend is bij de handelaar, dat hij uitstel van betaling krijgt. Meestal gaan er een paar dagen overheen voordat de volledige transactie is voldaan.
De pianohandelaar noteert stelselmatig de naam en het adres van de klanten, zodat niet mis te verstaan is wie hem nog geld schuldig is.
Een korte blik op een aantal andere transacties laat zien dat de nieuwprijs van een piano zo rond de 500 gulden is in 1895. Dit komt neer op ca. 7.000 euro vandaag! Niet gek dat mensen dat niet direct contant afrekenen. De pianohandelaar vindt dit allemaal goed. Vermoedelijk vertrouwt hij erop dat zijn klanten vroeg of laat het geld komen brengen, want hij noteert stelselmatig de naam en het adres van de klanten, zodat niet mis te verstaan is wie hem nog geld schuldig is.
Bechstein-vleugel voor 1.000 gulden
De soepelheid van de pianohandelaar blijkt bij een van de duurste aankopen: op 14 november 1895 verkoopt de pianohandelaar een mooie Bechstein-vleugel aan een vaste klant, voor maar liefst 1.000 gulden, die de klant vervolgens pas anderhalve maand later, op 30 december dat jaar, betaalt. Terwijl de pianohandelaar een aantal dagen eerder, op 12 november, een piano verkoopt aan een losse klant voor 600 gulden. Dat bedrag wordt twee dagen later al betaald.
De pianohandelaar is – wat betreft op de pof kopen – een stuk soepeler naar vaste klanten toe dan bij losse klanten.
Het is een interessant paradox: aan de ene kant lijkt de pianohandelaar toe te staan dat een vaste klant het verschuldigde bedrag later betaalt, maar geldt dat niet voor een losse klant. Tegelijkertijd maakt het de handelaar niet uit wanneer de vaste klant hem betaalt. Daardoor vermoed ik dat de pianohandelaar – wat betreft op de pof verkopen – een stuk soepeler is naar vaste klanten toe dan naar losse klanten.
Onderzoek naar kredietbeleid
Dit rekening-courantboek geeft inzicht in de manier waarop één ondernemer omgaat met krediet. Maar tientallen andere kasboekjes van winkeliers, boeren en andere ondernemers kunnen ons nog veel meer vertellen over kopen op de pof. Verder wil ik, behalve informatie over het kredietbeleid van de ondernemer zelf, meer te weten komen over de kredietwaardigheid van de klant, zoals zijn werk, zijn positie in de samenleving en zijn bezittingen. Dan kan ik nog beter erachter komen op basis van welke overwegingen een ondernemer besluit om geld uit te lenen aan zijn klanten.