Operatie ‘Ping Ping’

Leestijd verdieping: 3 minuten
Operatie 'Ping Ping' van het Gezinsbegrotings Instituut
Operatie 'Ping Ping' van GBI
Pronkjuweel van het GBI: het Huishoudboekje
Vorige Pagina
Door Mayte Beekman
Student-assistent


‘Het is niet onze bedoeling om zuinigheid voor te schrijven en nog veel minder om iemand een bepaalde leefwijze op te leggen. Een begroting maak je om goed en wat gemakkelijker van het inkomen te kunnen leven. Dat klinkt vreemd, maar het is waar!’ Zo omschrijft het Gezinsbegrotings Instituut (GBI), opgericht in 1947, hun missie: ervoor zorgen dat gezinnen met een krap budget toch goed rond komen.

In de jaren na de Tweede Wereldoorlog hebben veel Nederlandse gezinnen weinig geld te besteden. Daarom wordt er een aantal instituten voor financiële voorlichting en opvoeding opgericht, waarvan het GBI de eerste was. In 1979 fuseren deze instituten tot het nu bekende Nibud, de stichting die advies geeft over en onderzoek doet naar de financiën van huishoudens.

Voorlichtingsprogramma’s en brochures

Het Gezinsbegrotings Instituut viert na de oprichting in 1947 hoogtijdagen. In de jaren vijftig en zestig is het GBI erg actief en biedt het elk jaar een nieuw voorlichtingsprogramma aan, dat in hun brochure treffend omschreven wordt als: ‘Hoewel wij geen modehuis zijn, dat elk seizoen met een nieuwe collectie uitkomt, voelen we toch een kleine verwantschap.’

Het pronkjuweel van het GBI is het Huishoudkasboekje dat elk jaar opnieuw uitgegeven wordt.

Het GBI organiseert diverse cursussen, praatmiddagen en ouderavonden. Ook geven ze brochures uit, zoals Geef zakgeld, Kopen op afbetaling en Operatie ‘Ping Ping’. Dat laatste is een brochure waarin het GBI adviseert hoe mensen beter uitkomen met het inkomen. Het pronkjuweel van het GBI is het Huishoudkasboekje dat elk jaar opnieuw uitgegeven wordt. Hierin kunnen mensen de huishoudelijke uitgaven in tabellen nauwkeurig bijhouden.

Het huishoudboekje van het GBI.

Hoewel de activiteiten van het GBI ook toegankelijk zijn voor mannen, blijken ze in praktijk vooral gericht op huisvrouwen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de vele cursussen die speciaal voor huisvrouwen gegeven worden, zoals Financiële zaken die de huisvrouw weten moet, De huisvrouw als financieel genie en Mevrouw de Vries komt uit, hoe doet ze dat toch?.

Het is opmerkelijk dat het GBI in hun missie stelt geen zuinigheid voor te willen schrijven of een bepaalde levenswijze op te willen leggen, want aan de voorlichting zit vaak een belerende kant. Het GBI adviseert om verstandig met het inkomen om te gaan, niet te veel uit te geven aan luxegoederen en niet te kopen op afbetaling.

Burgers moeten actief aangespoord worden tot spaarzaamheid, volharding en zelfbeheersing.

Die belerende toon wordt verklaard door bepaalde waarden die in de jaren vijftig en zestig breed gedragen worden in de samenleving: burgers moeten actief aangespoord worden tot spaarzaamheid, volharding en zelfbeheersing. Dat blijkt bijvoorbeeld uit een passage over sparen, uit een les van het GBI: ‘Sparen is van ouds her een goede deugd! Spaarders zijn goede kopers, zij betalen constant en zijn daarom ook van groot belang voor de handeldrijvende middenstand.’

Deze toon lijkt in de financiële voorlichting van nu grotendeels verdwenen te zijn. Voorlichting die bijvoorbeeld het Nibud geeft, is vooral praktisch van aard. Een mogelijke verklaring voor deze praktische voorlichting is een verandering van het mensbeeld. Dit is het gevolg van de opkomst van het neoliberalisme als politieke ideologie in de jaren tachtig, waarbij de persoonlijke vrijheid van burgers steeds meer benadrukt wordt. Daarmee ontstaat een ideaal van de zelfredzame en zelfstandige burger. Normatieve oordelen en een belerende toon passen daar niet bij.

Huidige financiële voorlichting

De praktijk van financiële voorlichting is dus sterk veranderd. De laatste jaren is er vooral veel discussie over het effect van de huidige financiële voorlichting. Uit onderzoek blijkt dat financiële voorlichting vaak nauwelijks geldproblemen van gezinnen voorkomt of oplost.

Misschien blijkt de voorlichting van het GBI in de jaren vijftig en zestig wel veel effectiever te zijn dan de voorlichting nu.

Juist daarom is het voor onderzoekers interessant om de geschiedenis van financiële voorlichting verder uit te pluizen. Misschien blijkt de voorlichting van het GBI in de jaren vijftig en zestig wel veel effectiever te zijn dan de voorlichting nu. Het GBI gaat er immers vanuit dat mensen moeite hebben om hun geldzaken op orde  te houden, in plaats van aan te nemen dat mensen wel zelfredzaam genoeg zijn. Diepgravend onderzoek naar de geschiedenis van financiële voorlichting is dus nuttig en interessant, omdat het ons inzicht geeft in de effectiviteit van financiële voorlichting nu.

Brochure Van de week naar de maand.

Operatie ‘Ping Ping’ van het GBI